woensdag 3 juni 2015

Lilloouet en de Goldrush

uitleg in Hat Creek Ranch

Wij in de postkoets

Vandaag reden we richting Lillouet. Eigenlijk de omgekeerde route die de 'golddiggers' vroeger reden. Ze starten in Lillouet en alle pleisterplaatsen richting de goudvelden werden aangegeven met XX Mile House. Allemaal plaatsjes op dag-reisafstand van elkaar waar men veilig kon overnachten, de paarden rust gunnen en wat spullen kopen of ruilen. Al die plaatsjes hadden een hotel met een saloon, een smid, een naaister en een chinese kok. Een overnachting koste 3 dollar, 1 voor je bed, 1 voor je maaltijd en 1 voor je paard. Een dollar was ongeveer een dagloon.

We bezochten een klein goldrush museum in Clinton, gerund door vrijwilligers en een heerlijk met veel liefde samengeraapt handeltje. Daarna kwamen we langs de Hat Creek Ranch. Een klein openlucht museum opgebouwd rondom zo'n goldrush hotel. Een aardig meisje in passende kledij vertelde ons veel over die tijd en de functie die zo'n hotel had voor de reizigers. Van het hotel mochten we met een heusche postkoets naar het Suswap 'First Nation' (zo noemen ze de inheemse bevolking) village waar een hele aardige jongeman ons van alles vertelde over hoe de 'first nation people' leefde in de tijd voor de blanken kwamen. Eén met de natuur.
De eerste settlers trouwden vaak een inheemse vrouw (blanke vrouwen waren er toch niet) en verwekten hordes kinderen. Die kinderen werden later vaak door beide bevolkingsgroepen met de nek aangekeken en hoorden nergens bij. Weer zo'n triest verhaal.

We kamperen aan een bulderende Fraser River op Fraser Cove Campground, naast een oude brug. Tijdens een avondwandelingetje over die brug kiekten we een Osprey, een visarend die op een staaldraad van de brug een lekker visje zat te eten.


1 opmerking: